Een hedendaags sprookje.
Er was eens een goedlachse prinses die op zoek was naar haar prins (m/v/x) op het witte paard. Aan de poorten van haar paleis troepten emotioneel onbeschikbare minnaars van over heel het land samen, als strontvliegen op een ... ja ... stront. Ze had zich in het verleden al een paar keer laten vangen aan boeren die duidelijk nog niet klaar waren voor een nieuwe patattenoogst. (De beeldspraak gaat vandaag heel ver in deze column, sorry.) Dus ze had voor zichzelf besloten om de zoektocht te staken en zich te focussen op andere geneugten des levens. Op een mooie zomerdag werd ze benaderd door een hofnar die haar maar al te graag het hof wou maken. De prinses aarzelde maar kon uiteindelijk weinig weerstand bieden aan de grappen en grollen van deze mysterieuze aanbidder. De intense briefwisseling tussen beiden werd bijna twee postduiven fataal in de weken die erop volgden. Toen eindelijk het moment suprême, de allereerste date, was aangebroken - de hofnar was heel druk bezig geweest met voorstellingen tot dan - kreeg de prinses een laatste brief.
“Prinses jom, ik voel dat ik nog helemaal niet open sta voor een nieuw verhaal.”
De prinses bleef verbouwereerd achter en leefde nog lang en verward.
Einde.
Ik moet ergens een belangrijke vergadering gemist hebben toen ik opgesloten zat in het Big Brother huis, want een eerste date is blijkbaar zo’n serieuze commitment geworden dat er daarop al gretig wordt afgehaakt, door de vragende partij überhaupt. Niet zonder eerst een hoop verwarrende signalen, toekomstplannen, en koosnaampjes op je afgevuurd te hebben, een bitterzoete cocktail die de daaropvolgende kater absoluut niet waard is. Ik schreef het al eens eerder in een andere column.
“Mogelijks de gevaarlijkste individuen onder ons zijn degenen die door hun emotionele sletterigheid je het gevoel geven dat jullie een intieme band aan het opbouwen zijn maar in werkelijkheid een ‘gesloten wegens omstandigheden’-bordje hebben opgehangen achter je rug.”
Om één of andere duistere reden weten deze individuen mij keer op keer te vinden. Afgelopen weekend heb ik me aldus niet verkleed, gewoon “COMMITMENT” geroepen naar elke vrijgezel die mijn kant opkwam. Het was een grandioos succes, nog nooit zoveel mensen de stuipen op het lijf gejaagd. Ik moet wel toegeven dat er geen geschiktere dag dan Halloween bestaat om geghost te worden, extra punten voor timing. Daten in je dertiger jaren voelt ondertussen een beetje als kiezen tussen de hedendaagse versie van de pest en cholera: bezet of beschadigd. Ik heb het er weer even helemaal mee gehad, jongens.
All I want for Christmas is peace of mind.
Mij niet meer bellen.
Doei!